De in solidum veroordeling van medeaansprakelijken sluit niet uit dat diegene op wie een objectieve aansprakelijkheid rust, integraal verhaal neemt op de medeaansprakelijke door wiens fout de schade is ontstaan.
Nr. C.13.0279.N
HYDREX nv, met zetel te 2030 Antwerpen, Noorderlaan 9, Haven 29,
eiseres,
tegen
CMA CGM, vennootschap naar Frans recht, met zetel te 13002 Marseille (Frank-rijk), 4, quai d'Arenc,
verweerster,
Ariadne Van den Broeck,Het in solidum-karakter van de hoofdelijke gehoudenheid krachtens art. 50 Sw. RW 2010-2011, 1694
Bij pluraliteit van schuldenaars geldt principieel de verdeling van de schuld onder de schuldenaars.
Op dit principe bestaan uitzonderingen met name de hoofelijkheid en de veroordeling in solidum.
Art. 50 SW stelt wegens eenzelfde misdrijf veroordeelde personen hoofdelijk gehouden zijn tot teruggave en schadevergoeding. Het slachtoffer kan dan zelf kiezen tot wie van de veroordeelden hij zich richt en kan dit doen voor de volledige schuld. Indien één van de veroordeelden betaald heeft, zijn alle overige veroordeelden bevrijd ten aanzien van de burgergerlijke partij (art. 1200 BW).
Maar de veroordeelde die aldus alles betald heeft kan verhaal uitoefenen tegenover de overige medeveroordeelden. De hoofdelijkheid bestaat immers enkel in het voordeel van de schuldeiser (M. Van Quickenborne, «Hoofdelijkheid» in Bijzondere overeenkomsten. Artikelsgewijze commentaar met overzicht van rechtspraak en rechtsleer, 42; N. Peeters, «Verbintenissen met meerdere subjecten» in J. Roodhooft (red.), Bestendig handboek Verbintenissenrecht, III.4-4).
Passieve hoofdeijkheid strekt enkel de schuldeiser tot voordeel. De schuldeiser kan zich voor de betaling van de volledige schuld richten tot één van de hoofdelijke schuldenaars volledig naar zijn keuze, meestal ingegeven op basis van de solvabiteit.
Tussen deze hoofdelijke schuldenaars zal na na betaling van de schuld een verrekening plaatsvinden. Onderling zijn zij onderling slechts tot een specifiek aandeel in de schuld .
Behoudens andere bepaling in het veroordelend vonnis zijn de hoofdelijke schuldenaars onderling gehouden tot een gelijk aandeel gehouden. Ingeval slechts één medeschuldenaar belang heeft bij de schuld, dan is enkel deze tot de gehele schuld gehouden, beschikt hij niet over een regresrecht en zijn de andere schuldenaars ten opzicht van deze schuldenaar als borg te beschouwen (art. 1251§3 8W).
Rechtsleer:
• «Verbintenis in solidum» in Bijzondere overeenkomsten. Artikelsgewijze commentaar met overzicht van rechtspraak en rechtsleer, 6; J.L. Fagnart
• J.L. Fagnart, «L‘obligation in solidum dans la responsabilité contractuelle» (noot onder Cass. 15 februari 1974), RCJB 1975, 247-248).
• J. Matthijs, «Solidarité et obligation «in solidum»» (noot onder Gent 5 mei 1949), RCJB 1951, 190;
• E. Dirix en A. Van Oevelen, «Kroniek verbintenissenrecht (1985-1992)», RW 1992-93, 1257).
• H. De Page, Traité élémentaire de droit civil belge, II, Brussel, Bruylant, 1964, p. 1079, nr. 1032