Een overeenkomst wordt intuitu firmae gesloten indien niet de kenmerken van de persoon determinerend zijn bij het aangaan van een verbintenis, maar wel de kwaliteiten die intrinsiek verbonden zijn met de onderneming of organisatie (van de natuurlijke persoon of de rechtspersoon) (zie ook: M. Wauters, «De overdracht van verbintenissen intuitu personae bij fusie, splitsing en inbreng van algemeenheid of bedrijfstak» (noot onder Gent 25 januari 2000), TRV 2004, p. 247-248, nrs. 5 e.v.).
De contractant onderschrijft de verbintenis met andere woorden niet op grond van de persoonsgebonden kwaliteiten van de wederpartij, maar in zijn hoedanigheid van titularis van de onderneming of organisatie.
BVBA F. R. t/ BVBA C.
...
II. In feite
1. C. is een vennootschap met als (toenmalige) zaakvoerder de h. R.C., die eveneens boekhouder is.
2. C. sloot op 18 februari 2014 een overeenkomst tot overdracht van een handelszaak met F., waarbij het boekhoudkantoor van C. werd overgenomen door F. (in oprichting). Als bijlage 1 werd een «lijst cliënteel handelszaak» gevoegd.
F. verkreeg de volle eigendom en het genot van de handelszaak vanaf 1 april 2014 (art. 2 van de overeenkomst).