Quantcast
Channel: Burgerlijk recht
Viewing all articles
Browse latest Browse all 1217

Geen woonstvergoeding wanneer ex-echtgenoot gemeenschappelijke pand betrekt na de ontbinding van het huwelijksvermogensstelsel van de gemeenschap van goederen

$
0
0
Instantie: Hof van Cassatie
Datum van de uitspraak: 
don, 24/11/2016
A.R.: 
C.16.0026.F

Door de ontbinding van het huwelijksvermogensstelsel ontstaat tussen de partijen een postcommunautaire onverdeeldheid, die de goederen bevat die aanwezig waren op het ogenblik waarop de ontbinding van het huwelijk tussen de echtgenoten terugwerkt, evenals de vruchten die deze goederen nadien hebben opgebracht.

De onverdeelde eigenaar die beschikte over het exclusief genot van een onverdeeld goed moet de overige onverdeelde eigenaars voor dat genot vergoeden.

Wanneer een van de ex-echtgenoten het gemeenschappelijke pand betrekt na de ontbinding van het huwelijksvermogensstelsel van de gemeenschap van goederen, moet hij aan de andere ex-echtgenoot, ongeacht de omstandigheden van de zaak, geen woonstvergoeding betalen die gelijk is aan de helft van de huurwaarde van het pand.

Publicatie
tijdschrift: 
juridat
In bibliotheek?: 
Dit item is beschikbaar in de bibliotheek van advocatenkantoor Elfri De Neve

Nr. C.16.0026.F

H. A.,

tegen

A. A.,

I. RECHTSPLEGING VOOR HET HOF

Het cassatieberoep is gericht tegen het arrest van het hof van beroep Brussel van 12 december 2014.

II. CASSATIEMIDDELEN

De eiser voert in zijn verzoekschrift, dat aan dit arrest is gehecht, een middel aan.

III. BESLISSING VAN HET HOF

Beoordeling

Middel

Eerste onderdeel

Noot: 

zie ook:Hof van Cassatie, 3e Kamer – 19 september 2011, RW 2012-2013, 1300

AR nr. C.10.0278.N

H.S. t/ U.S.

I. Rechtspleging voor het Hof

Het cassatieberoep is gericht tegen een vonnis, in hoger beroep, van de Rechtbank van Eerste Aanleg te Antwerpen van 22 december 2009.

...

III. Beslissing van het Hof

Beoordeling

...

Tweede onderdeel

3. Art. 577-2, § 3 BW bepaalt dat de mede-eigenaar deel heeft in de rechten en bijdraagt in de lasten van eigendom naar verhouding van zijn aandeel.

Art. 577-2, § 5, eerste lid BW bepaalt dat de mede-eigenaar recht heeft op het gebruik en het genot van de gemeenschappelijke zaak, overeenkomstig haar bestemming en in zover dit met het recht van zijn deelgenoten verenigbaar is.

4. Hieruit volgt dat in beginsel de deelgenoot die alleen het onverdeelde goed heeft gebruikt en het exclusief genot ervan heeft gehad, een vergoeding verschuldigd is aan de andere deelgenoten in verhouding tot hun aandeel in de opbrengstwaarde van dit goed.

5. Het onderdeel dat ervan uitgaat dat zelfs als de eiser alleen het genot en het gebruik van de mede-eigendom heeft, aan de verweerder niet het genot van de mede-eigendom kan worden toegekend in de vorm van een vergoeding als de eiser geen schuld heeft aan de omstandigheid dat de verweerder zijn recht op genot en gebruik niet in natura heeft uitgeoefend, faalt naar recht.

...



NOOT D. Michiels onder deze publicatie in het RW – Tontine en exclusief genot

I. De tontine

II. Mede-eigendom en onverdeeldheid

III. Exclusief genot

Gerelateerd

lees verder


Viewing all articles
Browse latest Browse all 1217