Quantcast
Channel: Burgerlijk recht
Viewing all articles
Browse latest Browse all 1217

Handelshuur niet bekomen vergunning nachtwinkel geen dwaling

$
0
0
Plaats van uitspraak: Genk
Instantie: Vredegerecht
Datum van de uitspraak: 
din, 09/05/2017

Dwaling moet bestaan op het ogenblik van het sluiten van de overeenkomst (S. Stijns, Verbintenissenrecht, Boek 1, die Keure, 2005, p. 80, nr. 104). Een later vereiste vergunning die niet kan worden verkregen, tast de wilsovereenstemming bij het sluiten van de overeenkomst niet aan.

Art. 28 van de handelshuurovereenkomst bepaalt ten dezen dat «de huurder zelf instaat voor alle vergunningen die voor zijn activiteiten vereist zouden zijn».

De huurder kan niet aanvoeren dat de verhuurder niet voldoet aan zijn leveringsplicht die erin bestaat dat hij een handelspand ter beschikking moet stellen waarin de beoogde nachtwinkel is vergund  De huurder moet zelf instaan voor de vergunningen die verband houden met de aard van zijn uitbating Dit werd trouwens overeengekomen (art. 17 handelshuurovereenkomst).

Partijen hebben niet bepaald welke de gevolgen zijn als de voor de bestemming vereiste vergunning niet wordt verkregen  Dit werd niet bedongen als ontbindende voorwaarde.

Publicatie
tijdschrift: 
Rechtskundig Weekblad
Uitgever: 
Intersentia
Jaargang: 
2017-2018
Pagina: 
714
In bibliotheek?: 
Dit item is beschikbaar in de bibliotheek van advocatenkantoor Elfri De Neve

A.P. t/ BVBA S. en B.

...

3. De feiten

A.P. had met de BVBA C.I. te Hasselt op 6 juni 2011 een handelshuurovereenkomst gesloten voor zijn handelspand te 3600 Genk, (...). Deze handelshuur ging in op 1 juni 2011 en werd gesloten voor negen jaar. Haar zaakvoerder A.I.C. had op 20 juni 2011 de huurwaarborg van 1.275 euro geplaatst op de bankrekening bij de NV KB (...). De BVBA C.I. had dit handelspand vanaf 6 juni 2011 onderverhuurd aan de BVBA S. en broer.

Noot: 

 

• Revue trimestrielle de droit familial [RTDF] ANDRE-DUMONT, A.-P.; Note sous cassation 2015, n° 4, p. 970-973.

• Rechtskundig Weekblad [RW] TERMONIA, Anne; Noot 'Rechtsdwaling als oorzaak van de dwaling betreffende de oorzaak' 2013-14, nr. 9, p. 342-346.


Bedrog is meer dan een loutere verkeerde voorstelling.

Bedrog veronderstelt het bewijs van kunstgrepen of listen die door de wederpartij werden aangewend om een partij een verkeerde voorstelling van zaken op te verschaffen dan wel middels kunstgrepen of listen een partij tot contracteren te bewegen.

Dwaling daarentegen 
resulteert in de nietigheid van een overeenkomst, onder volgende cumulatief te vervullen voorwaarden:
[1] de dwaling moet bestaan op het ogenblik van de contractsluiting,
[2] de dwaling moet de zelfstandigheid betreffen van de zaak waarover de overeenkomst
[3] de dwaling moet verschoonbaar zijn voor de dwalende partij. Een dwaling is ondermeer niet verschoonbaar indien de dwalende partij zich niet voldoende geïnformeerd heeft alvorens zijn toestemming te geven.

Rechtsleer

C.L. Vernietiging overeenkomst wegens dwaling: verschoonbaarheid versus informatieplicht, NJW 2011, 581

 

Gerelateerd

lees verder


Viewing all articles
Browse latest Browse all 1217